Kraker mag van rechter in kraakwoning blijven, ontruiming verboden na toetsing art. 8 EVRM

kraakpandEen kraker mag van de rechter in een kraakwoning blijven zitten. Hij vordert met succes een verbod op de ontruiming. De rechter komt tot de conclusie dat, gezien art. 8 EVRM, het gebruik van de kraakwoning prevaleert boven het gebruik van de woning door de eigenaar.De rechter overweegt:

4.7.  De voorzieningenrechter overweegt het volgende. Na het kort gedingvonnis van 21 december 2012 is de Staat niet tot ontruiming overgegaan. Sindsdien hebben zich nieuwe feiten en omstandigheden voorgedaan. Gelet hierop zal de voorzieningenrechter opnieuw moeten beoordelen of de ontruiming de proportionaliteitstoets kan doorstaan. De voorzieningenrechter neemt hierbij in de eerste plaats in aanmerking dat in oktober 2012 de ontruiming is aangezegd, dat vervolgens bij kort gedingvonnis van 21 december 2012 het door [eiser] gevorderde verbod tot ontruiming is afgewezen en dat de Staat vervolgens niet tot ontruiming van [het kraakpand] is overgegaan. Eerst begin maart 2013 is aan [eiser] de ontruiming aangezegd. Gelet op dit tijdsverloop ligt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet voor de hand dat Hos de gekraakte ruimtes zeer dringend nodig heeft. Er heeft bovendien op 18 januari 2013 een veiling plaatsgevonden, zonder dat de door [eiser] bezette ruimtes zijn gebruikt. De Staat heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit voortvloeit dat de veilingen niet georganiseerd kunnen worden zonder dat gebruik kan worden gemaakt van de ruimtes waarin [eiser] verblijft, dan wel dat uit dit gebruik tijdens de veiling op 18 januari 2013 (enig) nadeel is voortgevloeid. Hiertegenover staat het in artikel 8 EVRM beschermde belang van [eiser] bij huisvesting. Nu tot slot duidelijk is geworden dat Hos per 31 december 2013 het gebruik van [het kraakpand] zal beëindigen, is de voorzieningenrechter van oordeel dat het gebruik van de gekraakte ruimtes door [eiser] moet prevaleren boven het gebruik van de ruimtes door Hos. De primaire vordering van [eiser] te verbieden dat de Staat de door hem gebruikte ruimtes aan de Oorkondelaan te Haarlem zal ontruimen, zal derhalve worden toegewezen. De overige vorderingen zullen bij gebrek aan belang worden afgewezen.

Zie LJN: BZ5008.