Verkoper woning verzwijgt overlast, maar geen sprake van dwaling

Een koper van een woning ondervindt veel overlast van de buren en stapt naar de rechter om de koopovereenkomst te laten vernietigen wegens dwaling. Volgens de koper had de verkoper moet mededelen dat de buurman heel veel overlast veroorzaakt. Het draait bij de rechter om de vraag of sprake was ernstige overlast voor de verkoop en of de verkoper wist van de overlast. De rechter oordeelt dat van ernstige overlast geen sprake was en dat de verkoper geen weet had van eventuele overlast. Hij was dus niet gehouden om over de overlast iets te vertellen.

De rechtbank overweegt:

Gelet op voorgaande verklaringen en schriftelijke stukken, in onderling verband en samenhang beschouwd, is de rechtbank van oordeel dat van structurele ernstige overlast veroorzaakt door de onderburen van [eiseres], voorafgaand aan de koopovereenkomst van [gedaagde] en [eiseres], geen sprake was. Uit het politierapport blijkt immers van slechts vier meldingen in een tijdsbestek van twee jaar. Bovendien is uit voornoemde stukken in combinatie met de afgelegde getuigenverklaringen onvoldoende aannemelijk geworden dat [gedaagde] voorafgaand aan het sluiten van die koopovereenkomst op de hoogte was van de overlast die [naam 1] heeft ervaren. Uit de meldingen die het MZO heeft ontvangen noch uit de diverse getuigenverklaringen blijkt dat [gedaagde] telkenmalen op de hoogte is gesteld van de overlast die door [naam 1] werd gemeld bij het MZO of de politie. [naam 1] weet niet meer precies wanneer hij wat en aan wie heeft gemeld, zodat zijn verklaring in zoverre niet tot bewijs kan dienen. Zijn echtgenote, [naam 3], is bij de volgens haar gevoerde gesprekken met [gedaagde] niet zelf aanwezig geweest, zodat ook haar verklaring in zoverre onvoldoende gewicht in de schaal legt. De sumiere verklaringen van verscheidende buren (zoals overgelegd bij dagvaarding als productie 5) zijn onvoldoende gespecificeerd om tot een ander oordeel te komen, zo blijkt niet dat deze verklaringen specifiek over het hier relevante tijdsbestek tot aan de koopovereenkomst met [eiseres] gaan nu de verklaringen stammen uit 2010. De erkenning van [naam 2] in de procedure tot ontbinding van de huurovereenkomst met betrekking tot door haar veroorzaakte overlast, brengt nog niet met zich dat ook [gedaagde] voorafgaand aan het sluiten van de koopovereenkomst met [eiseres] hiervan op de hoogte was. Tenslotte overweegt de rechtbank met betrekking tot de brief van [naam 1] van oktober 2006 dat zelfs indien voldoende aannemelijk wordt geacht dat [gedaagde] die brief zou hebben ontvangen, één brief in 2006 en vier meldingen met betrekking tot geluidsoverlast bij de politie in de periode 2006-2008 terwijl de koopovereenkomst stamt uit 2008, onvoldoende is voor het oordeel dat [gedaagde] wetenschap had van structurele ernstige overlast op grond waarvan hij gehouden was hiervan aan de koper mededeling te doen.

Zie ECLI:NL:RBAMS:2013:3883

In een andere zaak werd een vergelijkbare vordering afgewezen. Zie hier. In nog een andere zaak was eveneens geen sprake van dwaling en werd de overeenkomst dus ook niet vernietigd. Zie hier.